Picturing: lekker uit eten. Een ietwat pretentieus publiek (nep-Louis Vuitton, je kent dat wel). Een menukaart met klassiekers en enkele seizoensverrassingen. En een best aardige wijnkaart. Redelijke setting dus voor een doordeweekse avond.
Picturing: lekker uit eten. Een ietwat pretentieus publiek (nep-Louis Vuitton, je kent dat wel). Een menukaart met klassiekers en enkele seizoensverrassingen. En een best aardige wijnkaart. Redelijke setting dus voor een doordeweekse avond.
We kiezen allebei een ander voorgerecht en allebei een ander hoofdgerecht. Vier totaal verschillende gerechten, kortom vier andere smaakprofielen, van fris tot rijp, van strak tot filmend. Dus, met Peter Klosse’s wijn-spijs-wijsheden in het achterhoofd: de keuze voor 1 fles wijn is onmogelijk. Kijken naar de wijnen per glas is dus onze enige optie. Topwijnen vervallen daarmee, maar oké, een wijn moet wat mij betreft ook goed bij het gerecht passen, dus dat moet dan maar.
Ik heb al eerder een stukje geschreven over wijn en restaurants (‘wijn kiezen in een restaurant’). Dat ging meer over de wijnadviezen die je er krijgt. Niet altijd even geweldig, soms briljant. Maar het gaat me nu om iets anders, namelijk de wijnselectie, en dan met name die per glas.
Ik kan me echt wel voorstellen dat een restaurant niet alle wijnen ook per glas kan serveren, want zoveel wijnen open hebben is niet haalbaar. Maar ik verwacht dat de selectie van wijnen per glas zo is gemaakt dat je bij de meeste gerechten wel een redelijk tot goed passende wijn kunt bestellen. Toch? Zo niet in onze pretentieuze ballentent. Los van dat ik het in Nederland altijd absurd vind dat je in veel restaurants naast de menukaart heel vaak (en steeds vaker, lijkt het wel) de wijnkaart niet krijgt (ze vragen niet eens of je die wilt, je moet er vaak zelf om vragen), is de selectie per glas soms ook mager. Ons restaurantje had 4x wit, 2x rosé en 4x rood open. Zes van de tien komen uit Frankrijk, de rest uit Italië en Spanje en zowaar 1x nieuwe wereld. Veilig, of klassiek? Of allebei. Kennelijk zijn de gasten niet echt nieuwe wereld-drinkers. Wil je een fles, dan kun je wel buiten Europa losgaan, zij het ook mondjesmaat. Nu goed.
Erger is, dat bij al onze vier gerechten (2 + 2) werkelijk geen één van de open huiswijnen past! Mijn vraag of dit klopt, werd schoorvoetend beaamd, want buiten de kaart om stond er ook niets open. Zelfs bij enkele seizoensgerechten, die schreeuwden om iets leuks uit de Elzas – denk aan pinot gris -, was er alleen maar fris wit of rood met aardig wat zuren. Sauvignon of pinot grigio… bij zuurkool? Bij parelhoen? Bij zwezerik? Mwah. Samen met de sommelier kwamen we er niet echt uit. Jammer. Slecte wijnkaart dus, in elk geval wat de open wijnen betreft als die niet passen bij je gerechten.
Ik begrijp zoiets niet. Wijn en spijs is voor mij een onlosmakelijk koppel in een mooi huwelijk. Maar soms weet je bij voorbaat al dat een relatie niet gaat werken. Begin er dan ook maar niet aan. Ik breek er dus maar even tussenuit naar een boeddhistisch land waar alcohol geen vanzelfsprekendheid is. Hoef ik me een paar weken geen zorgen te maken over de smaakkubus van Peter Klosse, of er een passende wijn is bij mijn gefermenteerde lahpet theesalade, အုန်းနို့ခေါက်ဆွဲ (ohn-no khaut swe, kip-kokosmelksoep) of nangyi thjoke.
Neem contact met ons op!